top of page

Decembereditie Indische Letteren

In het decembernummer 2023 van Indische Letteren kunt u de uitgewerkte artikelen vinden van de voordrachten die werden gehouden tijdens een lezingenmiddag in Leiden op vrijdag 17 juni 2022. Ondanks het feit dat het die dag snikheet was, luisterde een geboeid publiek naar de diverse bijdragen.

 

Nick Tomberge, bezig met een proefschrift over de toeristische ervaring van Nederlands-Indië, vertelde over zijn onderzoek naar Jacques Aanstoots (zie foto). Deze elektrotechnisch ambtenaar hield vanaf 1910 een dagboek bij van zijn reis naar en verblijf in Nederlands-Indië, dat in de collectie van de Universitaire Bibliotheken Leiden berust. Aanstoots was afkomstig uit een lagere sociale klasse dan de meeste literaire auteurs van reisteksten uit de Indische letteren waarnaar onderzoek is gedaan. Dat maakt zijn werk waardevol: het bevat een perspectief op het koloniale leven dat in het letterkundig onderzoek nog relatief onderbelicht bleef.

 

Vervolgens gaf Gerlov van Engelenhoven een originele analyse van het verhaal ‘De juwelen haarkam’ van Maria Dermoût, waarbij hij speciaal aandacht besteedde aan de rol van spreken en zwijgen. Over dit onderwerp – stilte in de postkoloniale herinneringscultuur – publiceerde hij eind vorig jaar zijn proefschrift: Postcolonial Memory in the Netherlands. Meaningful Voices, Meaningful Silences.

 

De derde spreker was Gert Oostindie, emeritus hoogleraar koloniale en postkoloniale geschiedenis in Leiden. Hij gaf een overzicht van de uitkomsten van het in opdracht van de regering uitgevoerde onderzoeksproject Onafhankelijkheid, dekolonisatie, geweld en oorlog in Indonesië, 1945-1950, over de rol van geweld in de periode van de Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog.

 

Naast de artikelen van Nick Tomberge, Gerlov van Engelenhoven en Gert Oostindie vindt u in dit nummer nog twee artikelen.

 

Coen van ’t Veer schrijft over Frans Goedhart, de eerste Nederlandse journalist die in 1946 een bezoek bracht aan Yogjakarta en hierover na terugkeer onder het pseudoniem Pieter ’t Hoen een boek schreef, Terug uit Djokja. Dat is een bijzondere reisverslag, omdat Goedhart het opneemt voor de Indonesische nationalisten en een eigen perspectief kiest op het kolonialisme.

 

Abel van Oosterwijk, die verbonden is aan Eye Filmmuseum, vraagt in zijn artikel ‘De leugen die verschijnt in het kleed van de waarheid’ ten slotte aandacht voor de film Max Havelaar uit 1976, die geregisseerd werd door Fons Rademakers. Aan de hand van veel onbekend archiefmateriaal laat Van Oosterwijk zien dat er bij de totstandkoming de nodige strijd is gevoerd en dat er oorspronkelijk twee verschillende filmscenario’s werden geschreven: een vanuit een Indonesische en een vanuit een Nederlandse visie. In zijn artikel vergelijkt hij beide scenario’s en komt hij tot verrassende conclusies.




De gezinnen Aanstoots en Kolk in een zwembad te Lebaksari (Oost-Java). Van links naar rechts: Jacques Aanstoots, Willem Kolk met Titi Aanstoots op zijn schouders, Lucie Kolk met haar dochter Lucie en Sophie Aanstoots. Collectie UB Leiden/KITLV.


Comentários


bottom of page